Het voorterrein van de toekomst: ‘Design betaalt zich uit’

Tankstations zijn uit esthetisch oogpunt doorgaans niet de fraaiste gebouwen. Maar er zijn uitzonderingen. Het NXT-concept van GP Groot is een van de meest opvallende voorbeelden. Vanaf het allereerste moment stond een mooi design bij dit tankstation hoog op de prioriteitenlijst. Architect en oprichter van West Architecten Hans Schepman vertelt tijdens de Tankstation Vakbeurs op woensdag 6 november hoe hij tot dit ontwerp kwam. En waar moest hij allemaal rekening mee houden?

Het ontwerp speelt bij de bouw van tankstations vaak geen prominente rol. Een station moet degelijk zijn, onderhoudsvriendelijk en niet duurder dan strikt noodzakelijk. Het geld moet immers terugverdiend worden. “Het ontwerp van de meeste tankstations is redelijk rechttoe-rechtaan. Veel tanklocaties zien er min of meer hetzelfde uit”, vindt architect Hans Schepman. Voor GP Groot ging hij aan de slag met het ontwerpen van een nieuw concept voor duurzame tankstations, waar naast benzine en diesel ook alternatieven zoals LNG, CNG, GTL en snelladers worden aangeboden. Ook op waterstof wordt ingezet.

Ervaring met het ontwerpen van tankstations had Schepman overigens nog niet voor GP Groot bij hem aanklopte. “Ik had veel verschillende soorten projecten gedaan, maar de wereld van tankstations was nieuw voor me.” De architect werd geïntroduceerd via Hugo van den Emster, die zich voor het tankstationbedrijf uit Heiloo bezighield met de ontwikkeling van het destijds nieuwe concept. “Ik woonde toen nog in San Francisco. De plannen werden dus op afstand gemaakt. Mijn ideeën bleken in de smaak te vallen. Ik kreeg groen licht en mocht aan de slag.”

Op bedrijventerrein Broekvelden/Groote Weetering in Bodegraven werd onlangs de nieuwste NXT-locatie geopend. Het futuristisch ogende station is gevestigd aan de Terrassonsingel direct naast de Vakgarage Bodegraven. De nieuwe locatie in Bodegraven is naast de vestigingen in Alkmaar, Westzaan en Dronten het vierde NXT-station in Nederland. Op basis van de beschikbare ruimte op het terrein – waarbij rekening gehouden moest worden met de in- en uitritten van het garagebedrijf en de bestaande wasboxen – werd er binnen het modulaire NXT-concept gekozen voor de zogenaamde NXT-Solo met één luifel.

Heden en verleden

Affiniteit met tankstations heeft Schepman wel degelijk, vooral met bijzondere panden uit vervlogen tijden. De Rotterdamse architect haalt een aantal foto’s tevoorschijn om te laten zien dat er in het verleden heel wat interessante en opvallende tankstations werden gebouwd. “Een prachtig voorbeeld is het station in Arnhem van Sybold van Ravesteyn uit 1957. Daar kan ik naar blijven kijken.” Het gebouw aan de Apeldoornseweg in Arnhem is overigens niet meer in de oude staat. “Het tankstation is al jaren gesloten en de letters van Purfina (later Fina, red.) zijn verdwenen. Het gebouw staat er nog wel, maar ziet er vandaag de dag toch echt anders uit.” Ook in het Twentse Glanerbrug, vlakbij Enschede, staat een werk van Van Ravesteyn. Het tankstation, dat in AVIA-kleuren gehuld is, staat op het lijstje van rijksmonumenten. Of wat te denken van de tankstations die Willem Dudok in de jaren vijftig ontwierp voor Esso, waarvan er nog eentje staat bij Toyota-importeur Louwman & Parqui in Raamsdonksveer.

(Het artikel gaat verder onder de foto)

Terug naar de stations van NXT. De reacties op het ontwerp zijn lovend. Hoe is het design tot stand gekomen? “Het idee voor de parasol-luifel is ontstaan toen ik nog in de VS woonde. Een parasol is een plek waar mensen samenkomen en waar het doorgaans goed toeven is. Een van de opdrachten die ik kreeg, was om een concept te bedenken dat heel flexibel was. Dat is een groot voordeel van deze parasols. Je kunt ze heel makkelijk schakelen en met elkaar verbinden. Op die manier kun je het terrein en de tank- en laadmogelijkheden heel eenvoudig aanpassen en uitbreiden.” De energie die nodig is voor de stations is afkomstig van de zonnepanelen die op het dak van de parasols liggen. Bij de vestiging in Alkmaar zijn dat er zelfs 72. “Je moet het eigenlijk met eigen ogen zien. Vooral als het donker is en de lampen blauw oplichten, heeft het station iets futuristisch. Dat wordt ook veroorzaakt door het transparante doek. Dat geeft een heel bijzonder effect. Het lijkt bijna alsof het er niet staat.”

Oplossingen

Veel van de ideeën die de architect had, zijn ook daadwerkelijk tot stand gebracht, “Natuurlijk zit je vast aan bepaalde eisen en veiligheidsmaatregelen. Daar moet je goede oplossingen voor bedenken. De parasol is bijvoorbeeld ook de aardingspaal. Het is makkelijk om een terrein vol te zetten, maar is het ook echt nodig?” Met de uitvoerende partijen is regelmatig gediscussieerd over het kiezen van de beste oplossing. “Ik heb mijn eigen voorstelling van het eindresultaat, maar het moet ook praktisch uitvoerbaar zijn. De tankinstallaties zien er redelijk traditioneel uit. Dat had ik graag anders gezien. Maar het moet wel haalbaar zijn.”

Veel tankstations liggen op industrieterreinen vlakbij snelwegen, omgeven door fastfoodrestaurants, hotels en andere bedrijven. “Dat is echt zonde. Het is vrijwel nooit een fraai geheel. Verzorgingsplaatsen worden vaak helemaal volgebouwd. De gebouwen sluiten nauwelijks bij elkaar aan. Het bezorgt mij een heel onrustig gevoel. Veel mensen beleven ons land vanuit de auto. Tankstations moeten rustpunten zijn. Daar mogen we best meer oog voor hebben. We kunnen de ruimte die we hebben veel beter benutten.”

Groene omgeving

Volgens Schepman moet een tankstation veel meer zijn dan een locatie waar je brandstof tankt of je auto oplaadt. “Het gaat om de verblijfskwaliteit. Hoe richt je een terrein in en voorkom je dat het een grote geasfalteerde vlakte wordt? We hebben geprobeerd om echt een groene omgeving te creëren, met wadi’s voor de waterafvoer, met rotsen, met veel natuurlijke materialen, gras, beplanting en prachtige bomen.”

Met een fraai design kun je een belangrijke stap zetten naar de toekomst, vindt Schepman. “Natuurlijk zijn de brandstoffen die je aanbiedt heel belangrijk. Het inspelen op nieuwe alternatieven als waterstof, LNG en oplaadpalen. Maar ik denk dat de uitstraling en het duurzame karakter van een tankstation je ook kunnen helpen om de stap naar de toekomst te zetten. Het heeft echt geholpen in het aanbestedingstraject. De combinatie tussen design en groen denken is in mijn ogen heel goed geslaagd. Er staat echt iets bijzonders…”

De presentatie van Hans Schepman staat op woensdag 6 november op het programma tijdens de Tankstation Vakbeurs 2019. De sessie vindt plaats in workshopzaal 1 van 13.30 tot 14.15 uur. De presentatie is vrij toegankelijk voor bezoekers van de Tankstation Vakbeurs, aanmelden vooraf is wel mogelijk. Dat kan via www.tankstationvakbeurs.nl/workshops

Auteur: Remco Nieuwenbroek

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.

Het voorterrein van de toekomst: ‘Design betaalt zich uit’ | CarwashPro

Het voorterrein van de toekomst: ‘Design betaalt zich uit’

Tankstations zijn uit esthetisch oogpunt doorgaans niet de fraaiste gebouwen. Maar er zijn uitzonderingen. Het NXT-concept van GP Groot is een van de meest opvallende voorbeelden. Vanaf het allereerste moment stond een mooi design bij dit tankstation hoog op de prioriteitenlijst. Architect en oprichter van West Architecten Hans Schepman vertelt tijdens de Tankstation Vakbeurs op woensdag 6 november hoe hij tot dit ontwerp kwam. En waar moest hij allemaal rekening mee houden?

Het ontwerp speelt bij de bouw van tankstations vaak geen prominente rol. Een station moet degelijk zijn, onderhoudsvriendelijk en niet duurder dan strikt noodzakelijk. Het geld moet immers terugverdiend worden. “Het ontwerp van de meeste tankstations is redelijk rechttoe-rechtaan. Veel tanklocaties zien er min of meer hetzelfde uit”, vindt architect Hans Schepman. Voor GP Groot ging hij aan de slag met het ontwerpen van een nieuw concept voor duurzame tankstations, waar naast benzine en diesel ook alternatieven zoals LNG, CNG, GTL en snelladers worden aangeboden. Ook op waterstof wordt ingezet.

Ervaring met het ontwerpen van tankstations had Schepman overigens nog niet voor GP Groot bij hem aanklopte. “Ik had veel verschillende soorten projecten gedaan, maar de wereld van tankstations was nieuw voor me.” De architect werd geïntroduceerd via Hugo van den Emster, die zich voor het tankstationbedrijf uit Heiloo bezighield met de ontwikkeling van het destijds nieuwe concept. “Ik woonde toen nog in San Francisco. De plannen werden dus op afstand gemaakt. Mijn ideeën bleken in de smaak te vallen. Ik kreeg groen licht en mocht aan de slag.”

Op bedrijventerrein Broekvelden/Groote Weetering in Bodegraven werd onlangs de nieuwste NXT-locatie geopend. Het futuristisch ogende station is gevestigd aan de Terrassonsingel direct naast de Vakgarage Bodegraven. De nieuwe locatie in Bodegraven is naast de vestigingen in Alkmaar, Westzaan en Dronten het vierde NXT-station in Nederland. Op basis van de beschikbare ruimte op het terrein – waarbij rekening gehouden moest worden met de in- en uitritten van het garagebedrijf en de bestaande wasboxen – werd er binnen het modulaire NXT-concept gekozen voor de zogenaamde NXT-Solo met één luifel.

Heden en verleden

Affiniteit met tankstations heeft Schepman wel degelijk, vooral met bijzondere panden uit vervlogen tijden. De Rotterdamse architect haalt een aantal foto’s tevoorschijn om te laten zien dat er in het verleden heel wat interessante en opvallende tankstations werden gebouwd. “Een prachtig voorbeeld is het station in Arnhem van Sybold van Ravesteyn uit 1957. Daar kan ik naar blijven kijken.” Het gebouw aan de Apeldoornseweg in Arnhem is overigens niet meer in de oude staat. “Het tankstation is al jaren gesloten en de letters van Purfina (later Fina, red.) zijn verdwenen. Het gebouw staat er nog wel, maar ziet er vandaag de dag toch echt anders uit.” Ook in het Twentse Glanerbrug, vlakbij Enschede, staat een werk van Van Ravesteyn. Het tankstation, dat in AVIA-kleuren gehuld is, staat op het lijstje van rijksmonumenten. Of wat te denken van de tankstations die Willem Dudok in de jaren vijftig ontwierp voor Esso, waarvan er nog eentje staat bij Toyota-importeur Louwman & Parqui in Raamsdonksveer.

(Het artikel gaat verder onder de foto)

Terug naar de stations van NXT. De reacties op het ontwerp zijn lovend. Hoe is het design tot stand gekomen? “Het idee voor de parasol-luifel is ontstaan toen ik nog in de VS woonde. Een parasol is een plek waar mensen samenkomen en waar het doorgaans goed toeven is. Een van de opdrachten die ik kreeg, was om een concept te bedenken dat heel flexibel was. Dat is een groot voordeel van deze parasols. Je kunt ze heel makkelijk schakelen en met elkaar verbinden. Op die manier kun je het terrein en de tank- en laadmogelijkheden heel eenvoudig aanpassen en uitbreiden.” De energie die nodig is voor de stations is afkomstig van de zonnepanelen die op het dak van de parasols liggen. Bij de vestiging in Alkmaar zijn dat er zelfs 72. “Je moet het eigenlijk met eigen ogen zien. Vooral als het donker is en de lampen blauw oplichten, heeft het station iets futuristisch. Dat wordt ook veroorzaakt door het transparante doek. Dat geeft een heel bijzonder effect. Het lijkt bijna alsof het er niet staat.”

Oplossingen

Veel van de ideeën die de architect had, zijn ook daadwerkelijk tot stand gebracht, “Natuurlijk zit je vast aan bepaalde eisen en veiligheidsmaatregelen. Daar moet je goede oplossingen voor bedenken. De parasol is bijvoorbeeld ook de aardingspaal. Het is makkelijk om een terrein vol te zetten, maar is het ook echt nodig?” Met de uitvoerende partijen is regelmatig gediscussieerd over het kiezen van de beste oplossing. “Ik heb mijn eigen voorstelling van het eindresultaat, maar het moet ook praktisch uitvoerbaar zijn. De tankinstallaties zien er redelijk traditioneel uit. Dat had ik graag anders gezien. Maar het moet wel haalbaar zijn.”

Veel tankstations liggen op industrieterreinen vlakbij snelwegen, omgeven door fastfoodrestaurants, hotels en andere bedrijven. “Dat is echt zonde. Het is vrijwel nooit een fraai geheel. Verzorgingsplaatsen worden vaak helemaal volgebouwd. De gebouwen sluiten nauwelijks bij elkaar aan. Het bezorgt mij een heel onrustig gevoel. Veel mensen beleven ons land vanuit de auto. Tankstations moeten rustpunten zijn. Daar mogen we best meer oog voor hebben. We kunnen de ruimte die we hebben veel beter benutten.”

Groene omgeving

Volgens Schepman moet een tankstation veel meer zijn dan een locatie waar je brandstof tankt of je auto oplaadt. “Het gaat om de verblijfskwaliteit. Hoe richt je een terrein in en voorkom je dat het een grote geasfalteerde vlakte wordt? We hebben geprobeerd om echt een groene omgeving te creëren, met wadi’s voor de waterafvoer, met rotsen, met veel natuurlijke materialen, gras, beplanting en prachtige bomen.”

Met een fraai design kun je een belangrijke stap zetten naar de toekomst, vindt Schepman. “Natuurlijk zijn de brandstoffen die je aanbiedt heel belangrijk. Het inspelen op nieuwe alternatieven als waterstof, LNG en oplaadpalen. Maar ik denk dat de uitstraling en het duurzame karakter van een tankstation je ook kunnen helpen om de stap naar de toekomst te zetten. Het heeft echt geholpen in het aanbestedingstraject. De combinatie tussen design en groen denken is in mijn ogen heel goed geslaagd. Er staat echt iets bijzonders…”

De presentatie van Hans Schepman staat op woensdag 6 november op het programma tijdens de Tankstation Vakbeurs 2019. De sessie vindt plaats in workshopzaal 1 van 13.30 tot 14.15 uur. De presentatie is vrij toegankelijk voor bezoekers van de Tankstation Vakbeurs, aanmelden vooraf is wel mogelijk. Dat kan via www.tankstationvakbeurs.nl/workshops

Auteur: Remco Nieuwenbroek

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.