Terug in de tijd bij tankstation Route 106 in Barneveld

Toen de vorige exploitant van het tankstation aan de Schoutenstraat in Barneveld ermee stopte, besloten vader Henk Vink (58) en dochter Lisa (22) het stokje over te nemen en er een compleet eigen draai aan te geven. Het resultaat: een station waar klanten de sfeer van een Amerikaanse ‘Diner’ uit de jaren vijftig kunnen beleven. De kans dat ook de wasstraat weer opengaat is klein.

Een half jaar geleden besloten de twee samen het avontuur aan te gaan. Waar Henk zich met zijn vorige bedrijf al bezighield met het bouwen van tankstations, is de wereld voor Lisa helemaal nieuw. Met haar horeca-ervaring verwachtte ze niet in deze branche uit te komen, maar het bevalt haar goed. Ze zit naast haar vader aan een van de picknicktafels naast de shop, die ze zelf runt. Haar vader is verantwoordelijk voor ‘het tankgedeelte’.

Tankstation Route 106, in de stijl van de bekende Route ‘66 en verwijzend naar het huisnummer, ligt aan de hoofdweg naar Barneveld. De shop is inmiddels een paar weken open. De twee runnen het bedrijf vooral omdat ze het gewoon ontzettend leuk vinden om te doen. Want, zo luidt het motto van vader Henk: ‘Als je elke dag met dingen bezig bent waar je niks aan vindt, moet je daar subiet mee stoppen.’ Ondanks zijn ervaring in de sector, is het exploiteren van een eigen station ook voor hem volledig nieuw. Dat vinden ze zelf overigens vooral een voordeel, want wat ze vandaag bedenken, voeren ze morgen uit, zoals het helpen met tanken op zaterdagen, de broodjes op de menukaart of het aanschaffen van nieuwe decoratie.

Hoe bevalt het werk jullie?

Henk: “We zijn hier tweeëneenhalve maand bezig geweest, dus alle klanten zijn ongeveer weg. Eigenlijk moesten we weer op nul beginnen. Zelftanken was wel mogelijk, maar de shop is begin maart pas opengegaan. De eerste weken waren best taai, want sommige mensen wisten niet eens dat we weer open waren.”

(De tekst gaat verder onder de afbeelding)

Lisa: “Maar het werk is erg leuk. Iedere dag leren we wat nieuws. En soms zien we wel verbeterpunten, qua eten voornamelijk. Het voelt ook niet echt als een baan, omdat ik het samen met m’n vader doe. Ik kan daarom doen wat ik leuk vind. Als ik een ander broodje wil, maak ik dat.”

Is het voor het werk niet moeilijk dat jullie familie zijn?

Henk: “We zijn het niet altijd eens, maar meestal gaat het goed. Je moet je gewoon niet te veel met elkaar bemoeien en elkaar een beetje loslaten. En we hebben gelukkig geen slaande ruzies. Als dat wel zo zou zijn, zou dat direct terugslaan op de sfeer in de shop, terwijl mensen het gevoel moeten hebben dat ze welkom zijn. En of je nou je tank volgooit met tweehonderd liter benzine of je komt een Snicker halen, dat maakt niet uit. Je moet gewoon goed geholpen worden en het gevoel hebben dat het een prettige plek is.”

Hoe is dit concept zo ontstaan?

Henk: “Ik ben een beetje in de jaren ‘50 en ‘60 blijven hangen, haha. Met name die periode in de Verenigde Staten. Iedereen had een grote vrijheid en het land was in opbouw. Dat vind ik echt een mooie tijd. Ik ben ook helemaal gek van Amerikaanse auto’s. Dat zie je daar een beetje in terug. Het kon op dat gebied niet op en het werd steeds mooier en gekker. En van die vrijheid vind ik dat we die tegenwoordig ten opzichte van elkaar best wel een beetje beperken, met al het gezeur tegen elkaar.”

Vind jij die periode even leuk, Lisa?

“Zeker. Als ik het niks had gevonden, was ik er ook niet in meegegaan. Ik rijd zelf ook in een Amerikaanse auto, in een pick-up. Dus dat vind ik wel echt leuk.”

Henk: “Ze zijn natuurlijk een beetje gehersenspoeld allemaal. Amerikaanse auto’s hadden we bijvoorbeeld thuis al, dus dat hebben de meesten bij ons geërfd.”

Wat hebben jullie allemaal gedaan om het station in deze stijl te krijgen?

Henk: “De pompen moeten natuurlijk aan verschillende eisen voldoen, dus oude pompen uit die tijd neerzetten ging helaas niet. We proberen het nu een beetje te benaderen in de wrapping, waardoor het station toch afwijkend is. We doen ons best om die sfeer te creëren, maar dat ga je niet volledig kunnen evenaren met een oud station uit die tijd. De shop hebben we aangekleed met spullen die we op een gegeven moment tegenkwamen. En achter die spullen moet ook een verhaal zitten. De lampen die er hangen, komen bijvoorbeeld uit 1930 en hebben we in Utrecht van een lampenman gekocht. Ze komen van General Electric, dus het zijn oude fabriekslampen. Dat is toch fantastisch? Zo scharrelen we allerlei dingetjes bij elkaar. En je bent nooit compleet.”

(De tekst gaat verder onder de afbeelding)

“Ook qua brandstoffen spelen we er op in. In deze pomp hebben we bijvoorbeeld Euro 100+ zitten. Dat is eigenlijk meer een oldtimerbrandstof, bijvoorbeeld voor oude motoren. Voor die brandstof moet je in Nederland zo’n 60 tot 70 kilometer rijden. We zoeken vooral naar dingen die anderen niet hebben. Hoewel, daar kom je met de reguliere brandstof natuurlijk niet onderuit, haha.”

Staan er op de menukaart ook Amerikaanse gerechten?

Lisa: “Op de menukaart staat eigenlijk wat je tegenkomt in de meeste shops. Een balletje gehakt en een tosti. Het is voor nu gewoon heel simpel, maar goed. Maar ik wil wel kijken of het meer de Amerikaanse kant op kan gaan, alleen dat duurt even. Je moet het uitproberen, proeven, en weer wat veranderen, dus daar gaat tijd overheen. Ik ben nu bezig met bagels in plaats van broodjes. We hebben daarnaast al wel hotdogs en pancakes, maar ik wil qua broodjes ook meer die kant op.”

Is er eigenlijk wel behoefte aan zo’n concept in de regio?

Lisa: “Ik denk wel dat mensen in Barneveld een keer toe zijn aan iets nieuws.”

Henk: “Voor mensen die in Barneveld een bak koffie willen drinken, is dat heel lastig. Dan moet je in het dorp zijn, parkeren en tien minuten lopen. Dan ben je gewoon een uur onder de pannen. Hier zet je de auto neer en anderhalve minuut later zit je aan de koffie. Bovendien willen we hier in de buurt ook een punt hebben waarmee de buurtbewoners wat reuring krijgen.”

Zodat het station meer een sociale functie krijgt?

Henk: “Ja, en dat is wat we ook willen bereiken. We proberen bijvoorbeeld oldtimerclubs naar hier te krijgen. Die zijn vaak op zoek naar een leuk stoppunt. Dan kunnen we bijvoorbeeld een hotdog of een bagel voor ze maken en zo heeft de buurt ook wat te kijken. Er wonen hier best wat ouderen mensen die het leuk zouden vinden om naar die auto’s te kijken. Dan krijg je toch een hartstikke leuk, sociaal puntje? Zo’n tankstation moet altijd iets opleveren, maar dat hoeft niet alleen geld te zijn. Als iemand er blij of gelukkig van wordt of je hebt een meerwaarde in een buurt, dan is het ook goed. Anders is het zonde van je energie. Zo staan we er in. Maar het is iets anders dan het doorsnee tankstation. We hebben daarin een andere filosofie dan anderen, omdat we het vanuit de luxepositie doen dat we het écht doen omdat we het leuk vinden.”

Hoe kijken jullie terug op deze periode?

Henk: “Het loopt redelijk, maar het moet nog wel een beetje groeien. Dat kost gewoon tijd. We gaan nu een mooie periode in, de zomer. Maar ik vind het hartstikke leuk.”

(De tekst gaat verder onder de afbeelding)

Lisa: “Voor mij was het ook leuk, maar af en toe wat lastig. Je begint op nul, dus zelfs je koffielepeltjes moet je nog kopen. Daar heb ik me wel iets in vergist, maar ik heb veel geleerd. En iedereen is echt super positief, dus dat maakt het nóg leuker.”

Henk: “Het volgende station wordt makkelijker, haha.”

Komt het volgende station er?

Henk: “Dat weet je nooit. Als je nou een leuk, klein en lokaal station hebt, wie weet.”

Lisa:” Als het hier lukt, lukt het overal. Het zou een mooi doel zijn.”

Zijn er nog andere toekomstplannen?

Henk: “De wasstraat gaan we bijvoorbeeld niet meer opendoen, terwijl die er juist voor zorgt dat je een beter verdienmodel krijgt. Alleen ik vind er niks aan, want je bent elke dag bezig met schoonmaken. Dus dat doen we ook gewoon niet. Maar je kan er dus doorheen rijden. We denken eraan om een drive-through-achtig iets te maken, maar we weten nog niet wat. Het is wel weer iets dat niemand doet, maar ik heb nog geen flauw idee wat het zou kunnen zijn.”

Lisa: “Ik hoop gewoon dat het over een paar maanden elke dag zo druk is, dat we moeten rennen. Misschien door bijvoorbeeld wat meer oldtimerclubs aan te trekken.”

Lees ook:

Auteur: Nico Schinkelshoek

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.

Terug in de tijd bij tankstation Route 106 in Barneveld | CarwashPro

Terug in de tijd bij tankstation Route 106 in Barneveld

Toen de vorige exploitant van het tankstation aan de Schoutenstraat in Barneveld ermee stopte, besloten vader Henk Vink (58) en dochter Lisa (22) het stokje over te nemen en er een compleet eigen draai aan te geven. Het resultaat: een station waar klanten de sfeer van een Amerikaanse ‘Diner’ uit de jaren vijftig kunnen beleven. De kans dat ook de wasstraat weer opengaat is klein.

Een half jaar geleden besloten de twee samen het avontuur aan te gaan. Waar Henk zich met zijn vorige bedrijf al bezighield met het bouwen van tankstations, is de wereld voor Lisa helemaal nieuw. Met haar horeca-ervaring verwachtte ze niet in deze branche uit te komen, maar het bevalt haar goed. Ze zit naast haar vader aan een van de picknicktafels naast de shop, die ze zelf runt. Haar vader is verantwoordelijk voor ‘het tankgedeelte’.

Tankstation Route 106, in de stijl van de bekende Route ‘66 en verwijzend naar het huisnummer, ligt aan de hoofdweg naar Barneveld. De shop is inmiddels een paar weken open. De twee runnen het bedrijf vooral omdat ze het gewoon ontzettend leuk vinden om te doen. Want, zo luidt het motto van vader Henk: ‘Als je elke dag met dingen bezig bent waar je niks aan vindt, moet je daar subiet mee stoppen.’ Ondanks zijn ervaring in de sector, is het exploiteren van een eigen station ook voor hem volledig nieuw. Dat vinden ze zelf overigens vooral een voordeel, want wat ze vandaag bedenken, voeren ze morgen uit, zoals het helpen met tanken op zaterdagen, de broodjes op de menukaart of het aanschaffen van nieuwe decoratie.

Hoe bevalt het werk jullie?

Henk: “We zijn hier tweeëneenhalve maand bezig geweest, dus alle klanten zijn ongeveer weg. Eigenlijk moesten we weer op nul beginnen. Zelftanken was wel mogelijk, maar de shop is begin maart pas opengegaan. De eerste weken waren best taai, want sommige mensen wisten niet eens dat we weer open waren.”

(De tekst gaat verder onder de afbeelding)

Lisa: “Maar het werk is erg leuk. Iedere dag leren we wat nieuws. En soms zien we wel verbeterpunten, qua eten voornamelijk. Het voelt ook niet echt als een baan, omdat ik het samen met m’n vader doe. Ik kan daarom doen wat ik leuk vind. Als ik een ander broodje wil, maak ik dat.”

Is het voor het werk niet moeilijk dat jullie familie zijn?

Henk: “We zijn het niet altijd eens, maar meestal gaat het goed. Je moet je gewoon niet te veel met elkaar bemoeien en elkaar een beetje loslaten. En we hebben gelukkig geen slaande ruzies. Als dat wel zo zou zijn, zou dat direct terugslaan op de sfeer in de shop, terwijl mensen het gevoel moeten hebben dat ze welkom zijn. En of je nou je tank volgooit met tweehonderd liter benzine of je komt een Snicker halen, dat maakt niet uit. Je moet gewoon goed geholpen worden en het gevoel hebben dat het een prettige plek is.”

Hoe is dit concept zo ontstaan?

Henk: “Ik ben een beetje in de jaren ‘50 en ‘60 blijven hangen, haha. Met name die periode in de Verenigde Staten. Iedereen had een grote vrijheid en het land was in opbouw. Dat vind ik echt een mooie tijd. Ik ben ook helemaal gek van Amerikaanse auto’s. Dat zie je daar een beetje in terug. Het kon op dat gebied niet op en het werd steeds mooier en gekker. En van die vrijheid vind ik dat we die tegenwoordig ten opzichte van elkaar best wel een beetje beperken, met al het gezeur tegen elkaar.”

Vind jij die periode even leuk, Lisa?

“Zeker. Als ik het niks had gevonden, was ik er ook niet in meegegaan. Ik rijd zelf ook in een Amerikaanse auto, in een pick-up. Dus dat vind ik wel echt leuk.”

Henk: “Ze zijn natuurlijk een beetje gehersenspoeld allemaal. Amerikaanse auto’s hadden we bijvoorbeeld thuis al, dus dat hebben de meesten bij ons geërfd.”

Wat hebben jullie allemaal gedaan om het station in deze stijl te krijgen?

Henk: “De pompen moeten natuurlijk aan verschillende eisen voldoen, dus oude pompen uit die tijd neerzetten ging helaas niet. We proberen het nu een beetje te benaderen in de wrapping, waardoor het station toch afwijkend is. We doen ons best om die sfeer te creëren, maar dat ga je niet volledig kunnen evenaren met een oud station uit die tijd. De shop hebben we aangekleed met spullen die we op een gegeven moment tegenkwamen. En achter die spullen moet ook een verhaal zitten. De lampen die er hangen, komen bijvoorbeeld uit 1930 en hebben we in Utrecht van een lampenman gekocht. Ze komen van General Electric, dus het zijn oude fabriekslampen. Dat is toch fantastisch? Zo scharrelen we allerlei dingetjes bij elkaar. En je bent nooit compleet.”

(De tekst gaat verder onder de afbeelding)

“Ook qua brandstoffen spelen we er op in. In deze pomp hebben we bijvoorbeeld Euro 100+ zitten. Dat is eigenlijk meer een oldtimerbrandstof, bijvoorbeeld voor oude motoren. Voor die brandstof moet je in Nederland zo’n 60 tot 70 kilometer rijden. We zoeken vooral naar dingen die anderen niet hebben. Hoewel, daar kom je met de reguliere brandstof natuurlijk niet onderuit, haha.”

Staan er op de menukaart ook Amerikaanse gerechten?

Lisa: “Op de menukaart staat eigenlijk wat je tegenkomt in de meeste shops. Een balletje gehakt en een tosti. Het is voor nu gewoon heel simpel, maar goed. Maar ik wil wel kijken of het meer de Amerikaanse kant op kan gaan, alleen dat duurt even. Je moet het uitproberen, proeven, en weer wat veranderen, dus daar gaat tijd overheen. Ik ben nu bezig met bagels in plaats van broodjes. We hebben daarnaast al wel hotdogs en pancakes, maar ik wil qua broodjes ook meer die kant op.”

Is er eigenlijk wel behoefte aan zo’n concept in de regio?

Lisa: “Ik denk wel dat mensen in Barneveld een keer toe zijn aan iets nieuws.”

Henk: “Voor mensen die in Barneveld een bak koffie willen drinken, is dat heel lastig. Dan moet je in het dorp zijn, parkeren en tien minuten lopen. Dan ben je gewoon een uur onder de pannen. Hier zet je de auto neer en anderhalve minuut later zit je aan de koffie. Bovendien willen we hier in de buurt ook een punt hebben waarmee de buurtbewoners wat reuring krijgen.”

Zodat het station meer een sociale functie krijgt?

Henk: “Ja, en dat is wat we ook willen bereiken. We proberen bijvoorbeeld oldtimerclubs naar hier te krijgen. Die zijn vaak op zoek naar een leuk stoppunt. Dan kunnen we bijvoorbeeld een hotdog of een bagel voor ze maken en zo heeft de buurt ook wat te kijken. Er wonen hier best wat ouderen mensen die het leuk zouden vinden om naar die auto’s te kijken. Dan krijg je toch een hartstikke leuk, sociaal puntje? Zo’n tankstation moet altijd iets opleveren, maar dat hoeft niet alleen geld te zijn. Als iemand er blij of gelukkig van wordt of je hebt een meerwaarde in een buurt, dan is het ook goed. Anders is het zonde van je energie. Zo staan we er in. Maar het is iets anders dan het doorsnee tankstation. We hebben daarin een andere filosofie dan anderen, omdat we het vanuit de luxepositie doen dat we het écht doen omdat we het leuk vinden.”

Hoe kijken jullie terug op deze periode?

Henk: “Het loopt redelijk, maar het moet nog wel een beetje groeien. Dat kost gewoon tijd. We gaan nu een mooie periode in, de zomer. Maar ik vind het hartstikke leuk.”

(De tekst gaat verder onder de afbeelding)

Lisa: “Voor mij was het ook leuk, maar af en toe wat lastig. Je begint op nul, dus zelfs je koffielepeltjes moet je nog kopen. Daar heb ik me wel iets in vergist, maar ik heb veel geleerd. En iedereen is echt super positief, dus dat maakt het nóg leuker.”

Henk: “Het volgende station wordt makkelijker, haha.”

Komt het volgende station er?

Henk: “Dat weet je nooit. Als je nou een leuk, klein en lokaal station hebt, wie weet.”

Lisa:” Als het hier lukt, lukt het overal. Het zou een mooi doel zijn.”

Zijn er nog andere toekomstplannen?

Henk: “De wasstraat gaan we bijvoorbeeld niet meer opendoen, terwijl die er juist voor zorgt dat je een beter verdienmodel krijgt. Alleen ik vind er niks aan, want je bent elke dag bezig met schoonmaken. Dus dat doen we ook gewoon niet. Maar je kan er dus doorheen rijden. We denken eraan om een drive-through-achtig iets te maken, maar we weten nog niet wat. Het is wel weer iets dat niemand doet, maar ik heb nog geen flauw idee wat het zou kunnen zijn.”

Lisa: “Ik hoop gewoon dat het over een paar maanden elke dag zo druk is, dat we moeten rennen. Misschien door bijvoorbeeld wat meer oldtimerclubs aan te trekken.”

Lees ook:

Auteur: Nico Schinkelshoek

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.