De gevolgen van de coronacrisis? Nee, die zijn op dit moment in de bouw nog niet echt zichtbaar. De plannen voor het bouwen en verbouwen van tankstations werden immers maanden geleden al gemaakt. “We zien nog geen grote verschuivingen. De vraag is vooral welke keuzes op langere termijn worden gemaakt”, vertelt Marco de Vries, commercieel directeur bij Ballast Nedam Industriebouw.

Afgelopen maanden konden we ondanks alle maatregelen nog goed vooruit. Al moest er op de bouw natuurlijk wel rekening worden gehouden met een aantal zaken,” benadrukt De Vries. Het bewaken van de onderlinge afstand ter plekke en het beperken van het aantal personen op de locaties, stonden hoog op de prioriteitenlijst. In België waren de eisen zelfs nog strenger. “Als vitale sector konden we met een briefje voor onze projecten gelukkig nog wel de grens over.”

Pionier

Ballast Nedam IPM, nu onderdeel van Ballast Nedam Industriebouw, is een bekende naam in de branche. Het bedrijf werkt onder meer voor grote namen als Shell, BP, Esso, Total en Q8. De onderneming was in ons land een van de pioniers op het gebied van het bouwen van tankstations voor CNG, waterstof en LNG. Zo werd in 2013 in opdracht van WaterstofNet het waterstoftankstation op de Automotive Campus in Helmond gebouwd. Ook een groot aantal LNG- en CNG-stations werd gerealiseerd door Ballast Nedam IPM. Verschillende onderdelen werden verkocht en zijn vandaag de dag onder andere bekend onder de naam van PitPoint. “We waren – achteraf gezien – onze tijd echt ver vooruit. De kennis en expertise die we in die tijd al op hebben gedaan, komt natuurlijk nog steeds heel goed van pas. Er bestaat in de markt een grote behoefte aan informatie over nieuwe brandstoffen en hoe die alternatieven veilig geïntegreerd kunnen worden in het tankstation”, aldus De Vries.

Als je waterstoffabrieken bouwt, kun je daarmee vervolgens de keten ook bedienen.

(Marco de Vries, commercieel directeur bij Ballast Nedam Industriebouw)

Collega Adriaan Roest zit inmiddels al zo’n 25 jaar ‘in petrol’. “Door de jaren heen is er natuurlijk heel veel veranderd. Niet alleen op het gebied van nieuwe brandstoffen. De focus is veel meer komen te liggen op retail. Lekkere koffie en een broodje zijn heel belangrijk geworden. Net als carwash. En integratie van nieuwe betaalmethoden natuurlijk. Tegelijkertijd zijn er ook weer flink wat shops gesloten en is het aantal bemande locaties inmiddels in de minderheid. Kortom, het zijn zeer boeiende tijden in de sector.”

Verschuiving

Ballast Nedam Industriebouw legt de focus vol op de bouw van complete tankstations. In de loop der tijd heeft een overgang plaatsgevonden van civiele aannemer naar totaalaannemer. “Wij willen graag het totale project in handen hebben én met eigen mensen werk maken. Daardoor heb je alles beter onder controle en verlies je geen tijd. We merken bovendien dat klanten hier echt op zitten te wachten. Ze willen één aanspreekpunt en duidelijkheid”, benadrukt Roest.

(Het artikel gaat verder onder de foto)

Volgens De Vries is de sector volop in verandering. “We willen klanten meenemen naar de nieuwe wereld en ze helpen om de juiste keuzes te maken. Maar wat zijn die nieuwe markten? En hoe ziet de toekomst eruit?” Niet alleen het bouwen van tankstations, maar ook meedenken over de hele keten speelt een rol binnen Ballast Nedam. “We hebben veel kennis en expertise in huis, bijvoorbeeld over nieuwe brandstoffen. Kijk naar waterstof. We kunnen natuurlijk ook een electrolyzer bouwen. Als je waterstoffabrieken bouwt, kun je daarmee vervolgens de keten ook bedienen. We willen als bouwer echt van toegevoegde waarde zijn. En eventueel mee investeren in nieuwe technieken en brandstoffen. Net als in het verleden is gebeurd. Dan bied je meerwaarde aan de klant.”

Focus op duurzaam bouwen

Op dit moment heeft Ballast Nedam Industriebouw vier nieuwe locaties in de planning staan om te realiseren. Daarnaast staan er veel projecten op de rol waarbij het gaat om renovaties en omkleuringen. Niet alleen in Nederland, maar ook over de grens in België. Roest: “Duurzaamheid is steeds vaker het toverwoord. Vorig jaar hebben we in Tilburg een fraaie nieuwe Shell-locatie opgeleverd in de wijk Reeshof. Dit is het meest duurzame tankstation van ons land.”

Bij de bouw van het tankstation in Tilburg speelde slim en zuinig omspringen met energie een prominente rol. De locatie bevat isolatieglas en energiezuinige installaties. Een warmtepomp en een systeem dat warmte terugwint, zorgen voor het juiste klimaat in het station. 164 zonnepanelen op het dak wekken de benodigde stroom op. Daarbij worden ze geholpen door nog eens 125 vierkante meter aan in de luifel geïntegreerde zonnepanelen. De toiletten zijn waterbesparend. De panelen in de luifel zijn lichtdoorlatend, waardoor minder kunstlicht nodig is. Op het terrein staan bovendien twee 150 kW Shell Recharge-laadpalen voor elektrische auto’s.

Grote rol van subsidies

De energietransitie is volgens beide heren in Nederland wel heel erg subsidiegedreven. Dat maakt de keuzes voor de sector bepaald niet eenvoudig. De Vries: “De nadruk lag – en ligt – heel erg op elektrisch rijden, maar inmiddels is ook de bijtelling natuurlijk weer aangepast en omhooggegaan voor EV’s.” Los van de opkomst van elektrische auto’s zijn er ook voor aanbieders van laadpalen uitdagingen. “Hoe gaan we de problemen met het energienetwerk oplossen. Je hebt voortdurend te maken met piekspanningen. Hoe zorgen we dat het netwerk geschikt is om en masse over te schakelen op EV? Ook wat betreft ondergrondse infra is er nog veel werk aan de winkel.”

De Colruyt Group zet laadpalen neer bij de Colruyt-supermarkten en is een van de voorlopers op het gebied van waterstof.

(Marco de Vries, commercieel directeur bij Ballast Nedam Industriebouw)

In België zitten er komende tijd de nodige LNG-stations aan te komen. Ook waterstof is volop in beweging bij onze zuiderburen. “Het succes van waterstof hangt op dit moment nog heel erg af van de subsidies. Er komen grote investeringen bij kijken en die zijn eigenlijk vooral met dit soort extra geldpotjes te betalen.” Toch zijn er volgens De Vries ook uitzonderingen. “De Colruyt Group ramt gewoon door. En heeft schijnbaar niet veel overheidsgeld nodig. Ze bieden bij heel veel DATS 24-locaties CNG aan. Ze zetten laadpalen neer bij de Colruyt-supermarkten en zijn een van de voorlopers op het gebied van waterstof.”

Langetermijndenken en een duidelijk overheidsbeleid, dat is waar klanten behoefte aan hebben. De Vries: “Dan weet je in geval welke keuzes je moet gaan maken, los van of je het daarmee eens bent. Het telkens schuiven met subsidiepotjes en het veranderen van de regels zorgt er uiteindelijk voor dat we met z’n allen blijven steken. Terwijl we juist vooruit moeten in deze energietransitie.”

Nieuwe kansen

Komende tijd staan er nog volop projecten in de agenda. “Er zijn – ook in coronatijd – weer flink wat offertes de deur uitgegaan. We zullen zien wat de effecten van corona zullen zijn op de keuzes die gemaakt worden door de maatschappijen en ondernemers”, aldus De Vries. En dan is er nog de veiling van tankstations in september. Die bestaat dit jaar uit een lange lijst van locaties en zal ongetwijfeld leiden tot flink wat verschuivingen en dus tot verbouwingen en omkleuringen. Roest: “Een groot aantal van deze tankstations gaat voor de tweede keer geveild worden. Dat zorgt zeker voor veranderingen langs de snelweg. En dat zijn voor ons vanzelfsprekend weer kansen voor mooie projecten.”

Dit artikel is verschenen in TankPro Magazine nummer 3. Wil je hét vakblad voor de tankstationsector voortaan in de brievenbus? Sluit dan direct een proefabonnement af en ontvang het blad 6x per jaar.